Domein gebouw
Een ouderlijk huis is niet ‘zo maar’ een huis, maar het is de plek waar je letterlijk je eerste stappen hebt gezet, waar je vrienden welkom waren en waar je herinneringen hebt verzameld. Het kan iets met je ‘doen’ zodra dat ouderlijk huis niet meer ‘in de familie’ is. Hoewel er van het rijtjeshuis in dezelfde straat nog twintig exact gelijke staan, is er maar eentje jouw ouderlijk huis. In zekere zin lijk zo’n ouderlijk huis op een kerkgebouw. Hier zet je in overdrachtelijke zin de eerste geloofsstappen in de traditie van het voorgeslacht. Ook leer je het kerkgebouw ontdekken, de culturele waarden, maar ook de zichtbare verstilde liturgie.
Op die manier raken ze aan elkaar verbonden: het praktische, dierbare ouderlijke huis en de herinneringen die daaraan verbonden zijn.
Kerkgebouwen ademen geschiedenis: generaties kerkgangers met gevoelens en vol (geloofs)verhalen. Niet alleen horizontale dimensies maar ook en vooral de verticale dimensie.
Die psychologische verbondenheid aan een vaste plek om God te ontmoeten kan heel sterk zijn. Zij krijgt onder meer vorm in de zogenaamde ‘invented traditions’ (‘uitgevonden tradities’). Omdat kerkgangers en niet-kerkgangers soms zeer emotioneel verbonden raken met ‘hun’ kerkgebouw, neigen ze ernaar dat gebouw te verabsoluteren. Vormgeving, inrichting en bouwkundige details krijgen emotionele of zelfs geloofsinhoudelijke waarde. Wie de vorm verandert (of afschaft), verandert ook iets aan de ‘beleving’ van het kerkgebouw of aan de herinnering daaraan. Wij vinden het altijd weer fascinerend om in gesprek te gaan met gebruikers, zowel de kerkbezoekers als de beheerders, in de zoektocht naar een nieuwe invulling van de liturgische traditie. Tot deze mogelijkheden hoort soms ook een niet kerkelijk gebruik.
Kerken en kerkelijke gebouwen
Kerken en kerkelijke gebouwen werden en worden vrijwel altijd gebouwd op plekken die van betekenis waren en zijn voor de lokale gemeenschap, plekken van samenkomst met een rituele functie.
We moeten ons realiseren dat deze kerken en kerkelijke gebouwen in stand werden en worden gehouden dankzij de inzet van soms kleine gemeenschappen die generaties lang betrokken zijn. Hun geestelijke kracht, gezamenlijke motivatie en hun verbondenheid aan deze gebouwen dienen in veranderprocessen gewaardeerd te worden.
Kerkgebouwen voldoen niet altijd aan hedendaagse eisen van comfortabel gebruik. Kerkelijke gemeenten willen ook vaak “verduurzamen”, maar lopen tegen allerlei beperkingen aan. Logisch wanneer we vasthouden aan de gedachte dat een kerkgebouw alleen op zondag kan worden gebruikt en dan een behaaglijk binnenklimaat moet hebben.
We moeten af van het idee dat verduurzamen eenzijdig draait om technische oplossingen voor energiegebruik, zoals zonnepanelen en warmtepompen. Wat telt is ook de groeiende schaarste aan materialen uit bronnen die ophouden te bestaan, de schaarste aan ruimte in Nederland en de urgente wateropgave.
Met de kennis van nu kan het de vraag zijn of een kerkelijke gemeente nog wel een (nieuw) eigen gebouw nodig heeft. Géén kerkgebouw gaat misschien wat ver, maar we dagen gemeenten graag uit om buiten hun kaders te denken. Nieuwe vormen van kerkzijn, soms als bewuste keuze, soms vanwege noodzaak door pandemie, geven nieuwe inzichten in huisvestingsbehoeften. In geval van nieuwbouw is dat uiteraard een andere discussie dan bij bestaand kerkelijk vastgoed.
Op zondag een kerk, doordeweeks een kinderopvang en ’s avonds een vereniging. Door kerkgebouwen open te stellen en flexibel in te richten voorkom je leegstand, verhoog je de bezettingsgraad en beperk je daarmee de vraag naar een ruimte op een andere plek. Je verlaagt ook nog eens de drempel een kerk binnen te stappen.
Het combineren van functies is vaak goed mogelijk. Dit lijkt misschien makkelijker te realiseren bij een nieuw gebouw, maar ook historische gebouwen kunnen multifunctioneel gemaakt worden, zonder afbreuk aan het monumentale karakter.
Programma en uitvoerbaarheid vraagt om de juiste intentie bij het gesprek. Dit gesprek start bij een visie en eindigt bij draagkracht en draagvlak. Onze intrinsieke waarden vanuit de protestantse traditie helpen ons om het gesprek aan te kunnen gaan met kerkbesturen en andere kerkelijke organisaties.